Het Plaza Hotel in New York is een van de historische hotels in de stad, een toonbeeld van luxe en elegantie in deze wereldstad, waar vooral de inwoners van the Big Apple erg trots op zijn. Wereldleiders en beroemdheden hebben overnacht in het Plaza Hotel, na deze rijke geschiedenis, is dit 5 sterren hotel te koop.
Een van de meest geïnteresseerde kopers is Hassanal Bolkiah, de Sultan van Brunei – een staat gelegen in Zuidoost-Azië, grenzend aan Maleisië – . Hij is bereid om iedere prijs te betalen om deze parel in handen te krijgen. Toen het nieuws zich verspreide, zijn er grote protesten losgebarsten, tegen de verkoop van dit voor New York belangrijke erfgoed aan een staatshoofd van een land waar homoseksuelen en overspeligen gestenigd worden.
Even los van de protesten, blijkt volgens een economisch akkoord van 2,2 miljard dollar, dat de Sultan mogelijk ook de nieuwe eigenaar wordt van een ander belangrijk hotel in New York, het Dream Hotel en het Grosvenor House in Londen. De panden zijn allen eigendom van de Indiase tycoon Subrata Roy – mede eigenaar van Formule 1 – momenteel opgesloten in de gevangenis in New Delhi, omdat hij wordt beschuldigd voor miljoenen fraude, hij weigerde zijn investeerders terug te betalen.
De Indiase wetten zijn streng, Subrata Roy kwam niet opdragen in de rechtbank om zich te verdedigen tegen de beschuldigingen tegen hem voor miljoenen fraude, de rechter heeft daarom een borgsom van 1,6 miljard dollar vastgesteld. Door de drie panden te verkopen kan Subrata Roy de gevraagde borgsom neerleggen, maar desondanks zal het een flinke financiële klap zijn voor de tycoon.
Met de aankoop van deze luxe investering in New York, wordt de Sultan van Brunei eigenaar in alle opzichten maar hij heeft geen enkele inspraak in het daadwerkelijke beheer. Zijn situatie is vergelijkbaar met die van de eigenaar van de Hampshire Hotels, Prins Al-Waleed bin Talal bin Abdoel Aziz Al-Saoed.
De protestanten verenigen zich voor de mensenrechten, omdat de mogelijkheid bestaat dat er volgend jaar een wet wordt aangenomen dat het doodvonnis van toepassing is bij homo’s en overspeligen en dat de inkomsten uit de Amerikaanse markt gebruikt zou worden om een regime te financieren dat de individuele mensenrechten niet respecteert.
